De afgelopen anderhalf jaar had ik de eer om in samenwerking met kunstenaar Jan Hoek en vele anderen 'Outsider wear' te realiseren. Dit is een multidisciplinaire samenwerking waarin modeontwerpers en kunstenaars samen een productserie creëren met zogeheten outsider kunstenaars. Talenten met een enorme productiviteit, waarin persoonlijkheid en de actualiteit van zowel hun kunst en kunde als die van de maatschappij waarin ze leven, krachtig tot uiting komt.
Naast productseries realiseerden ze ook unieke stukken, zoals de handbeschilderde Bonne Suits of keramieken accessoires. Daarnaast hebben veel kunstenaars hun werk laten vertalen in geprinte artworks zoals T-shirts maar ook wandtapijten. Matchmaking gebeurde puur op gelijkwaardigheid en het hebben van die ene klik.
De Outsiders hebben een afstand tot de arbeidsmarkt en vaak geen zelfstandige praktijk als vormgever – met bijbehorend bedrijfsmodel, klanten, kosten en inkomsten. Veel van hen hebben een persoonsgebonden budget en worden dagelijks begeleid in het functioneren binnen de kaders van onze maatschappij. Zij krijgen hulp met wonen, leven, inkomen uit arbeid, enzovoorts. Maar hun voorstellingsvermogen en creativiteit laat zich niet beperken door die zogenaamde kaders. De Outsiders hebben een intrinsieke motivatie, die grenzeloos kan stromen. Vol overgave, eerlijk, eigen en vooral: anders.
Maar wacht eens even, is dat niet exact wat je verwacht van een vormgever? Is het niet enorm beperkend dat steeds meer vormgevers zich – al dan niet noodgedwongen – moeten bezighouden met een gezonde bedrijfsvoering en bepaalde kaders? Zijn het niet de ‘Insiders’ die langzaam naar een andere plek geduwd worden door de voorwaarden waaraan ze moeten voldoen? En gedwongen keuzes moeten maken dankzij geslonken budgetten en kansen in een post-corona cultureel landschap?
Door dit soort samenwerkingen vallen de verschillen weg tussen erbij horen of erbuiten staan. Daar ben ik intens blij om. Iedereen binnen dit project vormt met elkaar oprecht een sterke creatieve community, waarin het uiten en vormgeven vanaf de start tot de finishlijn resulteert in een heerlijk experimenteel circus van creativiteit; een vrijplaats voor vrije geesten en hun stem. Fuck wat moet! We doen wat we dromen. Geen insiders en outsiders, maar kunstenaars aan het werk.
tekst gaat verder onder foto’s
In Europa willen ze een nieuw Bauhaus; het vorige brak met 19e-eeuwse tradities over vormgeving waarin decoratie leidend was. Ze ging naar een vorm van functionalisme die rigide een nieuwe tijd aangaf, ook in mode. In die eerste 20 jaar van de twintigste eeuw gaf Coco Chanel op revolutionaire wijze die nieuwe tijd richting, door vrouwen te bevrijden van hun korsetten en trok – voor die tijd – op rebelse wijze de pantalon aan. Overigens belandde superheld Jeanne d’Arc honderden jaren daarvoor op de brandstapel door een kerkelijk voorschrift dat mannenkleding voor vrouwen verbood. En we zijn in 2021 nog steeds aan het strijden om kleding ‘gendervrij of -neutraal’ te krijgen. Lees vooral wat Alok V Menon over het de-genderen van Fashion te vertellen heeft.
Er breekt een nieuwe tijd aan van samenwerkingen, kruisbestuivingen en interdisciplinaire projecten zoals die met de Outsiders, waarbij de economische waarde niet om commercieel gewin gaat, maar om de persoonlijke groei, esthetiek, het leren van elkaar en het teruggeven aan de maatschappij. Het is tijd voor een open manier van omgaan met elkaar en elkaars verschillen. Voor een duurzaam gekozen ‘de-genderized’ leven en kleedgedrag. Mode en kleding gaan terug naar de culturen van waaruit ze ontstonden. Naar de authentieke verhalen waarin vorm en functie, abstract en esthetisch, vakmanschap en innovatie geboren worden in het hart van jonge én oude makers.
Ik hoop dat het nieuwe Bauhaus de nieuwe waardes weet te omhelzen, anders wordt ze al snel een naar adem happende oude tijd in haar te strakke korset.
Iris Ruisch, juryvoorzitter categorie Fashion